Gerrit Geisink van onderhoudsploeg Quick’20
‘We besparen veel kosten voor de club’
Het is de Week van de Vrijwilliger. Alle aanleiding elke dag een vrijwilliger van Quick’20 in de schijnwerpers te plaatsen. Vandaag 5 vragen aan Gerrit Geisink (70), coördinator van de onderhoudsploeg.
1. Hoe raakte je betrokken bij Quick’20?
Gerrit Geisink: “Mijn vader was lid van de club en zelf ging ik op mijn vijfde voetballen bij Quick. Eigenlijk ben ik altijd betrokken gebleven bij de club. Toen ik stopte als voetballer ben ik direct leider geworden van ons seniorenelftal.”
2. Hoe lang ben je al vrijwilliger?
“Al met al ben ik 45 jaar actief als vrijwilliger. Ik ben eerder ook benoemd tot lid van verdienste. Vind ik wel een eer. Ik heb al veel dingen gedaan binnen Quick. Ben nog steeds leider, tegenwoordig van Zondag 2. Daarnaast draai ik mee met bardiensten in de kantine. En natuurlijk op woensdagmiddag aan de slag met de onderhoudsploeg op het sportpark.”
3. Wat houden die werkzaamheden in?
“Je kunt het eigenlijk zo gek niet bedenken op het gebied van onderhoud en ver- of nieuwbouw of we pakken het op. Dakgoten schoonmaken, plafondplaten plaatsen, hang en sluitwerk deuren vervangen, reparaties aan toiletten, dug-outs schoonmaken, netten en hekwerken repareren, allerlei klusjes in het nieuwe home van Black and White. Zo kan ik nog wel even doorgaan. Dat doen we met een goeie ploeg van acht man.”
4. Hoe lang ga je door?
“Ik heb altijd in de bouw gewerkt, als uitvoerder van Plegt-Vos. Als zodanig was ik vijftien jaar geleden ook betrokken bij de nieuwbouw van de kantine. Quick is van jongs af aan mijn club. Het is mooi om op deze manier met andere vrijwilligers wat voor de club te kunnen doen. Door zelf de handen uit de mouwen te steken kunnen we ook de nodige kosten voor de club besparen. Wat we zelf kunnen doen, doen we zelf. Dit geeft ook voldoening. Zolang ik er plezier aan houd, ga ik door.”
5. Valt er nog wat te verbeteren?
“In ieder geval op het gebied van straat- en hekwerk. Daar ligt ook een taak van de gemeente, vind ik. Als de gemeente meewerkt en ruimte beschikbaar stelt, zou ook uitbreiding van het aantal kleedkamers mogelijk worden. Als we die ruimte van de gemeente kunnen gebruiken, kunnen we zelf wel wandjes en dergelijke plaatsen. Er is verder nog wel iets waar ik me aan stoor. Dat is de toestand van sommige reclameborden. Kapotte borden zouden eigenlijk vervangen moeten worden.”
Dit was het laatste Week van de Vrijwilliger interview